Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Na het behalen van een masterdiploma kunnen kandidaten solliciteren naar een promotieplek binnen het Research Institute of Child Development and Education (RICDE). De belangrijkste taak van een promovendus is het uitvoeren van onderzoek en het schrijven van een proefschrift.

RICDE en de Graduate School of Child Development and Education (GSCDE) werken nauw samen om (research)masterstudenten en promovendi op te leiden tot competente en zelfstandige onderzoekers. Het doel is dat zij substantieel bijdragen aan de onderzoeksprogramma’s en vervolgens een succesvolle carrière in of buiten de academische wereld opbouwen.

Promovendi worden begeleid door ten minste twee ervaren onderzoekers: een hoogleraar die optreedt als promotor en een dagelijkse begeleider, vaak een universitair docent of universitair hoofddocent, die ook als co-promotor kan optreden. Promovendi zijn ingebed in de programmagroep waarin hun onderzoek wordt uitgevoerd en nemen volledig deel aan de onderzoeksactiviteiten en labbijeenkomsten binnen de onderzoekslijnen van hun begeleiders.

Opleidings- en begeleidingsplan

Aan het begin van een promotietraject dienen promovendi een projectbeschrijving en planning (PhD-formulier) in en stellen zij een opleidingsplan op. Hierin worden de volgende punten gespecificeerd:

  • de algemene vaardigheden die de promovendus verder moet ontwikkelen;
  • de landelijke onderzoeksschool waar de promovendus lid van wordt;
  • cursussen, congressen of workshops die hij of zij zal bijwonen;
  • de omvang van het promotietrainingsprogramma (in EC’s).

Het opleidings- en begeleidingsplan moet worden goedgekeurd door de Graduate Studies Committee en de landelijke onderzoeksschool.

Voortgang van promovendi

In het eerste jaar van het promotietraject vindt na 9 tot 12 maanden de eerste formele evaluatie plaats. Tegelijkertijd werkt de promovendus het PhD-formulier bij en schrijft de promotor een brief over de voortgang van het project. Hierin worden de volgende criteria besproken:

  • de kwaliteit van het geschreven werk tot nu toe,
  • zelfstandigheid
  • kennis en vaardigheden
  • academische houding
  • Engelse taalvaardigheid

Op basis van deze criteria wordt binnen de eerste 12 maanden besloten of het project wordt voortgezet of beëindigd.

In de daaropvolgende jaren zijn promovendi en begeleiders verplicht jaarlijks functioneringsgesprekken te voeren en voortgangsrapporten in te vullen. Deze rapporten worden besproken in bijeenkomsten waar zowel de promovendus als de begeleiders aanwezig zijn. De inhoud van de jaarlijkse functioneringsgesprekken is vertrouwelijk en wordt gearchiveerd door de afdeling Personeelszaken.

Elk jaar benadert de secretaris van het RICDE de promovendi om het PhD-formulier bij te werken. Dit rapport wordt beoordeeld door de directeur van het RICDE. Indien nodig kan de directeur contact opnemen met de promovendus en/of de begeleider om eventuele problemen met het project te bespreken en op te lossen.

Begeleiding van promovendi naar de arbeidsmarkt

In de academische wereld is een BKO (Basiskwalificatie Onderwijs) verplicht voor het lesgeven in het hoger onderwijs. Daarom worden alle promovendi aangemoedigd om tijdens hun promotietraject al een onderwijsportfolio en een academisch netwerk op te bouwen.

Voor kandidaten die waarschijnlijk niet in de academische wereld blijven, stimuleren wij contact met onderzoeks- of beroepsorganisaties binnen Nederland. Zij worden uitgenodigd om cursussen te geven die relevant zijn voor de carrière die zij voor ogen hebben, zoals bijvoorbeeld klinisch georiënteerde cursussen.

Vertrouwenspersoon

De vertrouwenspersoon voor aile promovendi binnen RICDE is:

Drs. J.M. (Marielle) de Reuver

Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen

Afd. POW